Gibson maakt de opmerking dat de meisjesstrips over het algemeen over het hoofd gezien zijn door stripfans en -academici. Een van de oorzaken, zo suggereert Gibson tussen neus en lippen, is dat er rond de meisjesstrips nauwelijks een echte verzamellaarssubcultuur is ontstaan.
Dit is natuurlijk een maf feit. Wat is de reden dat volwassen mannen wel de neiging hebben om de objecten uit hun jeugd tot fetisj te verheffen, maar vrouwen niet of nauwelijks? Wat vertelt ons dit over het verschil tussen jongens- en meisjescultuur. Er is, misschien, een inhoudelijke verklaring. Jongensstrips bieden vaker escapistische genres (SF, avontuur, reis, weg-uit-de-vertrouwde-wereld; het parallelle universum), terwijl de meisjesstrips zich ook wel in aparte 'fantasie-domeinen' gesitueerd zijn (de kostschool, balletacademie), maar dat het idioom altijd realistisch is, en dat de setting vaak 'didactisch' is. De meisjesstrip blijven daardoor dichter bij de literatuur van 'instructie' dan de jongensstrip. Vandaar dat het (misschien?) minder snel een object van nostalgia wordt. En ook: er is in onze cultuur enorm veel ruimte voor infantiele mannelijkheid (treintjes, hobbies, verzamelingen, man cave etc)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten