woensdag 30 december 2020

Nakazawa (4)

Barefoot Gen is enerzijds een uigebreidere, langere, uitwerking van I saw it. Het autobiografische raamwerk ontbreekt, en de strip is geficitionaliseerd (namen zijn veranderd, gebeurtenissen zijn gecondenseerd of toegevoegd) en het legt meer nadruk op de jaren na de oorlog.
De strip kent (itt het veel simpelere I saw it) een complexe temporaliteit. Enerzijds volgt het boek de chronologie, anderzijds keren de gebeurtenissen vlak na het bombardement telkens terug, maar vaak als herinneringen, droombeelden, spookbeelden die steeds iconischer worden. De traumatische beelden die ook al centraal staan in I saw it (van de smeltende lichamen, de wandelende zombies, de mensen-zonder-gezicht, het levend gevilde paard, de vader en zus vast in het brandende huis) keren telkens terug in de strip. Maar bij elk volgende herhaling lijken de beelden abstracter te zijn geworden, totdat de scene in het brandende huis gereduceerd is tot iets dat lijkt op een rebus:
Dit gaat samen met talloze dromen, hallucinaties, vaak van overledenen.
Daarbij lijkt met name de centrale scene - het moment waarop de jonge Keiji zijn vader, broer en zus moet achterlaten in een brandend gebouw - samengebald te worden tot een compact, surreel bijna abstract beeld van drie hoofden, vast onder een balk, die Keiji nog wel kunnen aankijken en aanspreken.

Nakazawa (3)

Maar ook het narratieve raamwerk dat om de ingebedde herinnering staat in I saw it onderstreept het belang van mentale beelden. De strip begint als de volwassen Nakazawa overvallen wordt door een herinnering aan zijn moeder. Daarna volgt zijn levensverhaal volgt in flashback.
De strip eindigt ook weer op dit moment, in het vertelheden. Nu wordt het gezicht van de moeder weergegeven als een mentaal beeld, dat verschijnt boven het hoofd van Nakazawa. En dan, in een moment van 'closure' dat de twee verhaallijnen van de strip samenbreng (de lijn van de getuigenis van de bom en Nakazawa's wording tot tekenaar), de uitroep: "I'll draw cartoons about the atomic bomb, damn it! I'll fight it and destroy it through cartoons."
De getuigenis die de strip levert wordt daardoor gepresenteerd als een daad van trouw blijven aan de doden. Door strip te tekenen, zo hebben we eerder ontdekt, blijft Nakazawa trouw aan de nagedachtigenis van zijn vader (zie de post hiervoor). Maar door strips over de bom te tekenen wreekt hij ook zijn moeder: ("I'll fight it and destroy it through cartoons!!") Maar, zoals het plaatje rechtsboven suggereert, dit betekent in eerste instantie trouw blijven aan een mentaal beeld. Op de laatste pagina zien we het mentale beeld van de moeder verschijnen. Zij spreekt haar zoon nu aan: "Cartoons are the path you've chosen, Keiji. Do your best by it." Keiji antwoordt: "I will, Mama, I will."
De strip - een verhaal over een traumatische gebeurtenis en over de wording tot striptekenaar - wordt gepresenteerd als onderdeel van een innerlijke dialoog van Keiji met zijn overleden moeder. Het is ingebed in een moment waarin hij haar stem en haar gezicht op roept, waardoor hij zich aangesproken en aangekeken weet. Deze hallucinatie (afgebeeld op het bovenste plaatje) stelt hem niet alleen gerust (Keiji rookt, glimlacht en zegt 'I will, Mama. I will!), maar het stelt hem in staat afscheid te nemen. Op het laatste plaatje loopt Keiji weg. Het stoplicht is op groen gesprongen. Hij kan in beweging komen en de stagnatie achter zich laten. Hij kan oversteken. We zien zijn silhouette en lezen, nu in de derde persoon: "And so stands life at present for one Keiji Nakazawa, a cartooning fool who somehow makes a living from his comics."

Nakazawa (2)

Hillary Chute stelt in Disaster Drawn, terecht, dat de voorloper van Nakazawa's Barefoot Gen, de korte strip I Saw It, een dubbel verhaal vertelt.
Het is in de eerste plaats natuurlijk een getuigenis van het bombardement op Hiroshima, dat Nakazawa als kind meemaakte. De strip begint met een expliciete genre-indicatie. Als Nakazawa het water in tuurt en bij zijn weerspiegeling zichzelf introduceert bij de lezer door zijn naam, geboortedatum en geboorteplaats te noemen, en hij legt uit dat wat volgt een ooggetuigenis is. (En ook de titel 'I saw it' is ondubbelzinnig)
Maar daarnaast, zo vervolgt Chute, vertelt de strip een tweede verhaal. Het gat ook over Nakazawa's ontwikkeling tot mangaka. Hij staat uitgebreid stil bij het moment waarop hij in 1946 het werk van Tezuka ontdekt.
Manga vormde, zo laat hij zien, een manier om de werkelijkheid te ontvluchten. Hij ging, a.h.w. op in de plaatjes. "I was totally absorbed."
Het duurde niet lang voordat hij zelf begon te tekenen.
Nakazawa vertelt vervolgens hoe hij obsessief meedeed aan wedstrijden uitgeschreven door kranten en tijdschriften en laat daarmee zien hoe belangrijk de manga-subcultuur was voor de generatie tekenaars die opgroeide tussen de ruines. (Vergelijkbare scenes spelen een rol in de autobiografische strip van generatiegenoot Tatsumi). Maar, zo laat de strip zien, tekenen is voor Nakazawa meer dan een vlucht. Het is ook een manier om in contact te blijven met zijn vader, die ook tekende. Als hij terug gaat naar het ouderlijk huis om de botten van zijn vader op te halen ontdekt hij daar ook zijn tekenmateriaal en hij realiseert zich dat hij nooit zal leren tekenen van zijn vader.
Het frappante is echter dat de vader eerder in de strip wel degelijk een korte tekenles gegeven heeft aan de zoon. Hij leert hem om van krullen soldaten te maken.
Dit is in mijn ogen (en ook in die van Chute) een sleutelmoment. De vader leert de zoon niet zo maar een techniek, maar een hele specifieke techniek. Hij doceert een vorm van tekenen aan die niet gebaseerd is op waarnemen, kijken, maar op het oproepen van een optische illusie. Hij laat zien hoe een reeks van krullen bij de kijker het idee van een groep soldaten kunnen oproepen. M.a.w. hij doceert hoe een lijntekening niet zozeer (mimetisch) representeert, maar een mentaal beeld oproept bij de kijker. De lijn is een partituur voor het oog. I saw it en het latere Barefoot Gen laten zien dat Nakazawa deze les goed heeft verteerd. De strip is getekend in een schematische stijl, die ondanks de titel niet zozeer de beelden weergeven die Nakazawa zag als ooggetuige, maar die zich richt op de mentale beelden die hem daarna blijven bespoken. De beelden zelf, zo stelt hij, waren immers onzichtbaar voor hem. De explosie zelf verblindde hem.
En ook later, toen hij weer kon kijken zag hij, in feitte, niets. Hij was emotioneel volkomen murw.
De beelden die hij tekent zijn dan ook niet zozeer realistisch-mimetische ooggetuigenissen, het zijn in het narratieve raamwerk van I Saw It de herinneringen hieraan, de mentale beelden. Typerend voor de beelden (die het latere oeuvre van Nakazawa zullen gaan domineren) is dat het gaat om figuren die hun contouren zijn verloren: gesmolten mensen, verminkte gezichten - m.a.w. figuren die nog maar net aan herkenbaar en leesbaar zijn als menselijke figuren.
M.a.w. de strip lijkt (impliciet) te stellen dat de tekenstijl van de strip verschilt van andere vormen van representaties omdat de beelden die het oproept niet zozeer representaties zijn, maar eerder lijken op mentale beelden. Vandaar dat het medium in staat is om niet alleen te getuigen van de gebeurtenissen, maar ook van het type beelden dat deze gebeurtenis heeft achtergelaten bij de getuige.

Nakazawa (1)

Spiegelman schreef over Barefoot Gen: “Gen haunts me. The first time I read it was in the late 1970’s, shortly after I’d begun working on Maus, my own extended comic book chronicle of the twentieth centruy;s other central cataclysm. I had the flu at the time and read it while high on fever. Gen burned its way into my heated brain with the intensity of a fever dream. I’ve found myself remembering images and events from the Gen books with a clarity that made them seem like memories from my own life, rather than Nakazawa’s. I will never forgeet the people dragging their own melted skin as they walk through the ruins of Hirosihma.”
“… the vividness of Barefoot Gen emanates from something intrinsic tot he comics medium itself and from the events Nakazawa lived through and depicted…Comics are a highly charged medium, delivering densely concentrated information in relatively few words and simplified code-images. It seems to me that this is a model of how the brain formulates thoughts and remembers. We think in cartoons… The smallness of the images and the directness of the medium that has something in common with handwrtiting allow comics a kind of intimacy that also makes them surprisingly well suited to autobiography.”

maandag 28 december 2020

Minstrelsy

Hier staat een leuk stuk van Scott Saul over de erfenis van Minstrelsy. Hij stelt daarin dat Amerikaanse comedy verbonden is met de traditie van minstrelsy ('Anyone who wants to understand the business of comedy should grapple with [the ghost of minstrelsy]. The roots of American comedy lie in blackface minstrelsy..." Saul bespreekt de complexiteit van minstrelsy, populair bij de lagere klassen, waarbij vaak een carnivaleske geest overheerst, waaruit ook een bewondering voor de trickster-figuur blijkt. Hij haalt hierbij historicus WT Lhamon aan, die laat zien dat minstrel-performances vaak uit mixed-race gemeenschappen kwamen. Vervolgens laat hij zien hoe zwarte komieken (van, zeg, Cosby en de show 'In Living Color' (1990-4)) zich hebben moeten positioneren t.o.v. minstrelsy, waarbij Cosby koos voor de 'respectabele' weg, terwijl 'In Living Color' zich juist de karikaturale (vulgaire) kanten van minstrelsy toe-eigende. Saul concludeert dat hedendaagse zwarte stand-up comedians zoals Chris Rock of Jordan Peele nog steeds worstelen met de erfenis van minstrelsy. Mijn stelling is nog steeds: de erfenis van minstrelsy is terecht gekomen in animatie

maandag 21 december 2020

Aloha

Aloha plaatste niet alleen Amerikaanse Underground (Shelton, Crumb) maar ook tekenaars uit de tante Leny stal (Swarte, Clerkx, Windig en de Jong) maar ook klassiekers (Krazy Kat en Professor Pi van Bob van den Borg)

Poezenkrant

'n Vrije dag vandaag. Op de bank met het speciale issue van de Poezenkrant over 100 jaar Felix the Cat, met daarin een essay van groot Felix-fan Rene Windig.
Windig vertelt dat Eddy de Jong en hij Felix leerden kennen via Tom Steen, die bij de oprichting van het Stripschap in 1967 een enorme stapel van Linus-tijdschriften bij zich had, waarin Felix ook werd herdrukt.
Ik dacht: eind jaren zestig, begin jaren zeventig onstond er in Europa een interesse in de amerikaanse krantenstrip. Maar in verschillende landen nam dit andere vormen aan. In Milaan leidde dit tot de oprichting van Linus, in Frankrijk tot die van verschillende stripgenootschappen, en Charlie Mensuel. In Nederland werd ook het stripschap opgericht, maar de herpublicatie van krantenstrips vond eerder plaats in bladen als Aloha (waar Krazy Kat werd herdrukt), en later in literaire of semi-literaire tijdschriften, zoals Furore en de Poezenkrant. Maar ook Willem de Ridder, Joost Swarte en K. Schippers hadden interesse in Felix, Buster Keaton, etc.

vrijdag 11 december 2020

Manga, Anime, De Bom

Mijn Studium Generale lezing over (o.a.) Tatsumi, Nakazawa en Takahata is hier te bekijken: https://weblectures.leidenuniv.nl/Mediasite/Play/5b02d53b44524534911fa3b11f0bb3b21d