Hij heeft natuurlijk wel gelijk dat Charlie een oud, libertijns links vertegenwoordigde dat in laatste jaren ineens 'de Moslims' graag belachelijk maakte, op een manier die wat dubieus is. Iets vergelijkbaars geldt misschien ook in NL voor Van Gogh en Teeuwen, etc. Badiou vergelijkt het met de manier waarop het stripfiguur van Becassine (de Bretonse die naar Parijs verhuisde in de hoop op werk) eind negentiende eeuw de lachers op de hand kreeg. Het is het gegrinnik van de metropool om de buitenstaander. Hij stelt over sommige Mohammed grappen: "It may be amusing for the comfortably-off, but it is an indulgent 'Western' provocation against not only vast popular masses in Africa, Asia and the Middle East, but also a very large section of the working population in France itself: the people who empty our bins, wash our plates, man our pneumatic drills, hurriedly clean luxury hotel rooms and clean the big banks' windows at 4 a.m.'"
De oude Badiou heeft natuurlijk een punt. Er zat in een aantal van de Charlie grappen een tikje iets zelfgenoegzaams - bij Charb vooral (zeker in zijn "La vie de Mahomet" strip). Maar ik denk dat Badiou de humor van Charlie niet helemaal goed weergeeft. Er zat (in Luz, maar ook in Wolinski en Cabu) ook iets naïefs. Het was niet alleen bijtend. En ook Becassine is een figuur van nostalgia en van liefde (er zijn niet voor niets veel Becassine verzamelaars). Net als - in een andere context- de relatie van een (blank) publiek tot het Minstrel-figuurtje (of tot Zwarte Piet) complexer is. Het is racisme - sure, sure - maar van een specifieke soort. Het is doorvoed van een affect dat niet (of niet alleen) met denigreren te maken heeft.
En verder: het is natuurlijk onzin om te stellen dat de moordaanslag ook gemotiveerd werd door het feit dat de daders zich gekwetst zouden voelen. Dat is kul. En natuurlijk suggereert Badiou dat ook niet. Hij noemt de aanslag fascistisch: een gerichte aanslag op de drie groepen waar het 'klassieke' fascistische geweld zich ook op richtte: "journalists considered to represent the enemy camp, policemen defending the hatred parliamentary order, and Jews." En daarnaast was het een aanslag met een theatraal gehalte: "it seeks to give the impression of cold, absolute determination,' en met een nihilistisch ('viva la muerte!') gehalte.
En tenslotte - misschien flauw, maar toch relevant - Charlie was niet alleen een oude-jongens-groepje. Het plaatste ook werk van Coco (vrouw), Catherine (vrouw) en van Riad Sattouf (die de prijs voor beste stripalbum won in Angouleme voor l'arabe du futur), en de laatste aanwinst van het blad is de Algerijnse cartoonist Ali Dilem.
Ik bedoel - hoeveel vrouwelijke politiek cartoonisten zijn er überhaupt in Nederland?
Geen opmerkingen:
Een reactie posten