dinsdag 3 september 2019

Archaeologie van het Strippoppetje (1)

Waarom niet gewoon een 'geschiedenis' van het strippoppetje? Waarom 'archeologie'?



Omdat een 'Archeologie' (zoals Foucault de term gebruikt) niet gewoon een geschiedenis is, maar een onderzoek naar de 'mogelijkheidsvoorwaarden' - dat wat er a.h.w. onder het strippoppetje ligt.

Ik wil geen geschiedenis van het strippoppetje schrijven vanaf het 'begin,' maar juist de geschiedenis die voorafgaat aan de 'werkelijke geschiedenis' van het poppetje. Uit welke vertogen, praktijken, stijlen etc is het ontstaan? Hoe ontstaat het strippoppetje uit een breuk in het denken over infantiliteit? Of ras (in minstrelsy)? Of gender. Of animatie?




Maar ook, hoe 'herinnert' volwassen strip zich deze infantiliteit? Hoe werkt de 'onderliggende' geschiedenis door, of hoe wordt het 'doorwerkt'? (Vandaar dat het boek uit twee delen zou moeten bestaan).



Geen opmerkingen:

Een reactie posten